19 januari 2021
Rik Hamers groeit op in Fijnaart, vlak bij het kantoor van Van Iperen. Als hij van school komt, gaat hij werken bij het bedrijf bij hem ‘om de hoek’. Dankzij een open sollicitatie en een goed gesprek krijgt Rik in 1977 een baan bij Van Iperen als medewerker logistiek. Inmiddels werkt hij er ruim 40 jaar en blikt hij terug. “Nog steeds heb ik plezier in mijn werk, maar er is veel veranderd in de loop der jaren.”
Rik herinnert zich dat hij vroeger bonnen schreef voor de klanten. “We maakten de bonnen in drievoud. Het origineel was voor de klant, een kopie voor het archief en een kopie voor de facturatie. Die werkwijze kun je je nu niet meer voorstellen.”
Arbeidsintensief
Het handwerk vereiste oplettendheid van de medewerkers. “We schreven niet alleen de bonnen; ook alle middelen van de klanten hielden we handmatig bij. In een kaartenbak. We moesten heel nauwkeurig het saldo bij- en afboeken, anders klopte de voorraad niet. Dan moesten we naar de schuur om alles te tellen. En vervolgens de administratie aanpassen. Het was erg arbeidsintensief, maar toen wisten we niet beter.” De administratie is tegenwoordig een volledig geautomatiseerd systeem. “We zetten de bonnen in het systeem en de voorraad is altijd actueel. Voorraad tellen is er niet meer bij.”
Niet vervelen
Een aantal jaar nadat Rik start, koopt Van Iperen een grasdrogerij in Westmaas. Al zijn collega’s verhuizen naar Westmaas en Rik blijft alleen achter in Fijnaart. “Ongeveer tien jaar beheerde ik het filiaal voor ik ook naar Westmaas ging. Ik vond het niet erg dat ik alleen was, want er was veel aanloop van klanten en chauffeurs. En er was werk zat, dus ik hoefde me niet te vervelen.”
Klanten bedanken
Wat er in al die jaren niet veranderd is, is het contact met de klanten. “Ik begin in alle vroegte om ervoor te zorgen dat ik klaar ben als klanten komen. Met iedere klant maak ik even een praatje. Dat waarderen ze en ik vind het leuk. Ik vind het ook belangrijk om klanten te bedanken. Dat doe ik altijd als ze aan de balie spullen komen halen. Dat zit er bij mij in gebakken.”
