Dit jaar staat bij ons in het thema van de fruitteelt van de toekomst. Nuttige insecten zullen hier een grote rol in spelen, daarom zullen we de komende periode verschillende nuttigen behandelen. Deze keer behandelen we de gewone oorworm.
Latijnse naam: Forticula auricularia
Oorworm als nuttig insect
De gewone oorworm (Forticula auricularia) is de meestvoorkomende soort van de vijf inheemse soorten in ons land. Oorwormen zijn alleseters en een belangrijke natuurlijke vijand van o.a. de perenbladvlo en diverse soorten bladluizen. In de perenteelt spelen ze dan ook een grote rol. Ze zijn vooral in de schemering en in de nacht actief en zitten overdag verscholen op donkere nauwe schuilplaatsen.
Levenswijze
De oorworm heeft één generatie per jaar en overwintert in de bodem. In het vroege voorjaar legt het vrouwtje 40 – 80 eieren in een ondergronds nest. De eerste nimfen komen eind april/begin mei tevoorschijn. Vanaf halverwege mei zien we de eerste jonge oorwormen in het gewas. In de loop van september verplaatsen de oorwormen zich dan weer naar de bodem om daar te overwinteren.
Voor een goede populatie is het dan ook van belang om aandacht te besteden aan de bodem. Denk hierbij aan een goede afwatering van de percelen, een goede bodemstructuur en de aanvoer van organische stof.
Meer weten over onze blik op het telen van fruit in de toekomst en andere nuttige insecten die hierbij kunnen helpen? Lees hier meer.
