Als Van Iperen vinden we het doen van proeven belangrijk. Om de beste kansen voor vergroenen te vinden, kijken we naar de mogelijkheden van nu, en de kansen om deze te verbeteren. Steeds meer middelen vallen weg. Door het doen van proeven, onderzoeken we welke alternatieven er zijn voor de gewasbescherming en hoe ze werken. Het team van praktijkgericht onderzoekers in de tuinbouw heeft onderzocht welke mogelijkheden er zijn in het tegengaan van echte meeldauw in roos. In 2022 is een rozenproef uitgevoerd bij Marjoland en dit najaar is een vervolgproef afgerond. In dit artikel vertellen praktijkgericht onderzoekers Daan Zwinkels en Sacha Bakx meer over de ontwikkelingen van meeldauwbestrijding aan de hand van deze proeven.
Echte meeldauw is een schimmel die altijd aanwezig is in de kas bij roos. Meeldauw zorgt voor een lelijk blad en daardoor voor oogstderving. Meeldauw speelt snel op bij temperatuurs- en vochtigheidswisselingen. In het najaar is de meeldauwdruk in de kas dan vaak ook het hoogst. De basis van meeldauwbestrijding is het klimaat in de kas op orde hebben.
Voorheen werd het gewasbeschermingsmiddel Meltatox veel gebruikt, dit is een chemisch middel dat begin 2026 wegvalt. Daarom is het van belang dat we snel naar nieuwe oplossingen kijken. In de proeven zijn verschillende middelen getest op de mogelijkheden van het tegengaan van meeldauw in roos. Het doel van de proef was om te ontdekken welke middelen potentie hebben. Zo kunnen de Technisch Specialisten deze informatie gebruiken om een strategie te maken waarin de etiketten sluitend zijn.
Tijdens de meeldauwproef van 2022 is vooral gefocust op de toegevoegde waarde van uitvloeiers. In deze proef zijn verschillende middelen gecombineerd met en zonder verschillende uitvloeiers. Deze verschillende behandelingen werden dan vergeleken met de reguliere strategie van meeldauwbestrijding bij Marjoland.
Sacha vertelt: “Bij de opzet van deze proef hebben we samengewerkt met de teeltspecialist bij Marjoland. Door informatie op te vragen bij de teeltspecialisten konden wij een schaal ontwikkelen waarin je de meeldauw kan scoren in vijf categorieën. Dit is echt van toegevoegde waarde geweest, we hebben nieuwe kennis opgedaan en het direct kunnen toepassen. Marjoland is na deze proef ook standaard een uitvloeier gaan gebruiken om een betere bedekking en werking te krijgen van het middel.”
De proef uit 2022 is ook de basis geweest van de tweede proef. Sacha: “Het protocol van de eerste proef bleek dusdanig betrouwbaar, dat we de opzet nog een keer konden gebruiken. Omdat Meltatox vervalt zijn er alternatieven nodig. Daarom zijn er twee verschillende soorten groene middelen getest; elicitors en middelen op basis van kaliumzouten. Elicitors zijn stoffen of signalen die in planten een verdedigingsreactie tegen ziekten of stress activeren door hun natuurlijke afweermechanismen te stimuleren. Kaliumzouten werken als gewasbescherming door schimmels en plagen uit te drogen en hun celwanden te beschadigen, waardoor hun groei en voortplanting worden geremd. Sommige middelen zijn getest samen met een uitvloeier. We waren benieuwd wat deze middelen preventief tegen meeldauw zouden doen omdat ze in roos nog niet gebruikt worden.”
Tijdens de tweede proef worden de middelen getest op de werking en hoe ze preventief kunnen worden ingezet tegen meeldauw. Sacha: “Er zijn bijvoorbeeld middelen die aan het begin prima werken maar later tegenvallen, zo een middel kan je gebruiken in een periode als onderhoud wanneer de meeldauwdruk laag is. Op het moment dat de meeldauwdruk toeneemt kan je middelen pakken die er dan beter uitkomen. Zo kan je als puzzelstukjes alles in elkaar passen om de etiketten sluitend te houden. Daarbij heeft het gebruik van verschillende middelen een extra voordeel omdat je door het afwisselen van middelen minder snel resistentieontwikkeling krijgt.”
Sacha vertelt dat het verrassende van de tweede meeldauwproef is dat een groen middel beter scoorde dan de reguliere strategie. “Dat kan natuurlijk door heel veel verschillende dingen komen, maar het is wel een heel tof resultaat. Meestal zie je dat de resultaten van een behandeling gelijk zijn, of minder goed.”
Praktijkgericht onderzoek naar groene middelen draagt bij aan de toekomst van gewasbescherming. Sacha geeft aan dat het belangrijk is dat we leren werken met deze middelen. “Ze hebben namelijk een andere handleiding dan chemische middelen. Voorbeelden hiervan zijn micro-organismen waarbij het belangrijk is dat het klimaat en microklimaat op orde zijn in een kas. Bij elicitors is het belangrijk om van tevoren in te schatten wanneer ze moeten worden ingezet. De plant heeft tijd nodig om er op te reageren. Het is heel handig om nu ervaringen op te doen met die middelen en niet pas als je met de rug tegen de muur staat.”
Daan zegt dat de handleiding voor groene middelen door dit soort proeven wordt gevormd. “De handleiding zal ook per gewas anders zijn. In andere gewassen werken misschien weer andere middelen dan de middelen waarvan we nu hebben onderzocht dat ze werken in roos. De aanpak die tuinders hebben bij groene middelen is ook net wat anders dan eerst. Ze zijn gewend een probleem op te lossen door te spuiten, nu moet je met heel veel ander dingen rekening houden. Met elicitors is het bijvoorbeeld belangrijk om het afweersysteem van de plant alvast aan te zetten om te voorkomen dat de meeldauw zich snel kan verspreiden of om de besmetting uit te stellen.”
Daan: “Wanneer je kunt uitstellen met de groene middelen is dit mooi. Voor een teler is het vervelend wanneer je aan het begin van een seizoen al heel zwaar chemisch moet ingrijpen en de rest van het jaar nog moet komen. Deze groene middelen zouden mogelijk een bijdrage kunnen leveren aan het uitstellen van een chemische behandeling. Als je een moeilijke periode kan uitstellen tot het een minder gunstig klimaat is voor meeldauw heb je het gewas de moeilijkste periode doorgeholpen.”