Bij de meeste appelrassen die we telen is een mooie grote rode blos een belangrijk uiterlijk kwaliteitskenmerk. Er wordt door afnemers vaak de eis gesteld dat er een minimaal percentage roodkleuring van de vrucht is. Daarbij is de intensiteit van de rode kleur ook belangrijk.
Met name op percelen die vol hangen, komt de roodkleuring van de vruchten moeilijk op gang. Hier is vooral de blad-vruchtverhouding scheef. Er zijn verschillende mogelijkheden om de blosvorming te bevorderen. Hierdoor wordt het percentage 1e en 2e pluk verhoogd. Als gevolg hiervan vermindert het aandeel 3e pluk, die kwalitatief minder is.
Vanaf juli komen de kleurbevorderingsbespuitingen in beeld. Hiervoor worden met name bladmeststoffen ingezet op basis van kali, fosfaat en zink. Een veelgebruikte meststof is monokalifosfaat (MKP) in combinatie met zinksulfaat. Deze combinatie wordt 3-4 keer in de laatste 6 weken voor de pluk gespoten. Telers die geen kali willen toepassen op sommige appelrassen die stipgevoelig zijn, kunnen de MKP vervangen door monoammoniumfosfaat (MAP).
Een kant en klaar product is Landamine Zn. Dit product geeft in proeven een iets betere roodkleuring van de vruchten t.o.v. een eigen mix van MKP+Zn. In Landamine Zn zit de zink in chelaatvorm. Dit is beter opneembaar voor de boom dan bijvoorbeeld zinksulfaat. Het advies is om Landamine Zn 3-4 keer toe te passen tot 14 dagen voor de pluk.
Een andere manier om de kleuring van de appel te bevorderen is het spuiten van een lage dosering Ethrel ongeveer 3-4 weken voor de pluk. Door deze toepassing wordt ook het percentage 1e en 2e pluk verhoogd, net als bij de inzet van de hier voorgenoemde bladmeststoffen.
Landamine Zn | 2,5 ltr/ha | ||
MKP | 3 kg/ha | + Zinksulfaat | 100 gr/ha |
MAP | 2 kg/ha | + Zinksulfaat | 100 gr/ha |
Ethrel | 0,15 ltr/ha |