U bent hier: Home >
Nadat er zoveel mogelijk stikstof- en fosfaatplaatsingsruimte is gecreëerd, kan deze opgevuld worden met (vaste) organische mest en/of compost. Niet elke organische stof soort is geschikt om bij elke teelt en in elke tijd van het jaar toe te passen.
Bijvoorbeeld: een organische stof die veel minerale (snel beschikbare) stikstof bevat en weinig organische stof (bijvoorbeeld drijfmest), is niet geschikt om na de teelt toe te passen. De nutriënten komen snel vrij, maar er zijn geen plantenwortels om deze op te nemen. Dit is een verspilling van plaatsingsruimte. Ook is het slecht voor het milieu want de stikstof spoelt uit naar het oppervlaktewater waar het schadelijke gevolgen heeft. Vandaar ook de strenge wetgeving met betrekking tot het uitrijden van mest gedurende bepaalde periodes in het jaar. Om de juiste soort mest of compost te kiezen is het dus belangrijk eerst een aantal vragen te beantwoorden:
Met behulp van de beslisboom pagina kunt u zien welke soort organische (mest)stof, op welk moment het meest geschikt is.
1. Najaarstoepassing, veel tijd tot de volgteelt
Hier kunnen de stabiele organische stof soorten zoals groencompost, champost en (strorijke) vaste mest toegepast worden. Er is genoeg tijd om mogelijke tijdelijke vastlegging van stikstof te overbruggen, en er is weinig kans dat stikstof uitspoelt voordat het hoofdgewas geplant wordt.
Wel: groencompost, GFT-compost, champost, (strorijke) vaste mest.
Soms: GFT-compost, afhankelijk van de kwaliteit. Gebruik alleen GFT-compost wanneer deze een relatief lage minerale stikstofgehalte heeft.
2. Najaarstoepassing, weinig tijd tot de volgteelt (bijv. wintertarwe, koolzaad, tweedejaars plantuien)
Er is een korte tijd beschikbaar tot de volgteelt, dus gebruik een organische stof die niet al te snel, maar ook niet te langzaam minerale stikstof kan leveren.
Wel: vaste mest, GFT compost.
Soms: drijfmest mag alleen tot eind augustus toegepast worden in combinatie met een groenbemester, zodat de groenbemester de snel beschikbare stikstof kan opnemen.
Niet: groencompost.
3. Gehakseld stro
Gehakseld stro is een langzaam afbrekende organische stof en heeft extra stikstof nodig om af te breken. Zie meer tips voor het behandelen van gehakseld stro op pagina 38 (stap 5b in het stappenplan).
Wel: drijfmest bevat veel minerale stikstof wat de vertering van stro kan bevorderen. Drijfmest mag tot eind juli -of in combinatie met een groenbemester tot eind augustus- uitgereden worden om gehakseld stro te verteren (bekijk altijd de meest recente wetgeving op de website van RVO).
Soms: vaste mest kan stikstof leveren, maar deze komt langzamer beschikbaar dan bij drijfmest, en vaste mest bevat zelf ook stabiele organische stof. Om deze grote hoeveelheid organische stof af te breken is veel, en actief bodemleven nodig. Voeg alleen vaste mest toe als je weet dat je bodemleven op orde is.
Niet: groencompost, GFT-compost, champost.
4. Voorjaarstoepassing bij lange teelt
Een lange teelt betekent dat er meer tijd beschikbaar is voor stikstof om vrij te komen uit de organische stof. Hier kunnen organische stof soorten gebruikt worden waarbij stikstof later vrij komt.
Wel: nagenoeg alle soorten organische stof. Vaste mest, drijfmest, champost, groencompost en GFT-compost.
5. Voorjaarstoepassing bij korte teelt (bijv. spinazie, broccoli, boontjes)
Hier is een organische stof nodig die op korte termijn minerale stikstof kan afgeven, zodat deze beschikbaar is voor het gewas.
Wel: drijfmest.
Soms: GFT-compost, afhankelijk van de kwaliteit. Gebruik alleen GFT-compost wanneer deze een relatief hoge minerale stikstofgehalte heeft.
Niet: vaste mest, groencompost en champost. Stikstof komt niet snel genoeg vrij bij deze meststoffen. Er is een kans op vastlegging van stikstof (bij groencompost met hoge C/N-verhouding), en kans op emissie (uitspoeling en vervluchtiging), als de stikstof vrij komt nadat de teelt al voorbij is.